Natuurlijk zijn er vele voorbeelden van Marokkanen die een achterstelling niet hebben meegemaakt. Of misschien moet ik zeggen nog niet hebben meegemaakt. Steeds vaker echter, hoor je verhalen van allochtonen en Marokkanen in het bijzonder over een racistische en nepotistische houding jegens niet-autochtonen.
Gun mij een uitstapje naar een moment dat mijn ogen hebben geopend ten aanzien van het slechte imago dat Marokkaanse Nederlanders in Nederland hebben.
Ik solliciteerde in december 2011 bij een woningcorporatie in Rijswijk. Van de 37 sollicitanten eindigde ik bovenaan. Er volgden drie hiërarchische gespreksronden met toekomstige directe collega’s tot en met de directeur. Deze gesprekken werden door betrokken partijen als plezierig ervaren en sterkte de organisatie in de keuze voor mijn aanstelling die aanstonde was. Slechts een test, wat een formaliteit was, alvorens we konden overgaan tot het ondertekenen van de contractstukken.
Vijf jaar eerder werkte ik bij een corporatie in Den Haag. Na twee jaar besloot ik het dienstverband met hun te beëindigen, wat bij de organisatie als een schok aankwam. Mijn besluit werd gevoed door de racistische en amateuristische houding van de teamleider tegen mij en andere allochtone medewerkers. Ik besloot de eer aan mijzelf te houden en mijn kennis en kunde ergens anders in te zetten. In het exitgesprek dat daarna volgde, gaf ik aan wat mijn motivatie was voor mijn vertrek.
Nu vijf jaar later verwachtte ik een telefoontje van de organisatie waarmee ik een dienstverband aan zou gaan om een datum overeen te komen om de test te doen. Ik hoorde de telefoon overgaan en ik nam op. Het was de manager waarmee ik een aantal weken eerder een plezierig gesprek mee had. “Een externe, die hier een paar dagen per week werkt heeft ons ongevraagd verteld dat jij je beter voordoet dan dat je bent en dat je werkafspraken niet nakomt.’ Voor een moment stond ik als versteend aan de grond genageld. De manager noemde ook de naam van de externe. Toen vielen alle puzzelstukjes in elkaar. Het was een vriend van de teamleider waar ik vijf jaar eerder een aanvaring mee had. Deze externe of lasteraar was een zichtbare en trotse PVV-er die continu ‘grapjes’ maakte over allochtonen en de daarmee gemoeide vooroordelen. Ook het feit dat hij geen titel voor of achter zijn naam had staan en ik wel, zat hem dwars, hoorde ik later van ex-collega’s. Mijn laatste woorden aan de telefoon met de manager waren: ‘Ik bedank u voor het aanvankelijke gestelde vertrouwen in mij, maar betreur de gang van zaken die rieken naar nepotisme en amateurisme”. Trekt ‘de Marokkaan’ aan het kortste eind? Soms wel. Wil dit nu zeggen dat iedereen racistisch is en tegen Marokkanen is? Mijn inziens niet. Ik vind het een uitdaging om juist dit soort mensen te trotseren en te laten zien dat het beeld dat zij van ‘de Marokkaan’ hebben een vertekende is. Een ware meester toont zich in de beperking.