Wilders wil in de Tweede Kamer debatteren over het “Marokkanenprobleem”. Dat hij niet op zoek is naar een oplossing is bekend. Hij zoekt naar medestanders om de Marokkanen klem te zetten. Zijn doelwit zijn niet de straatjochies en herrieschoppers; integendeel daar leeft hij juist electoraal van. Nee, zijn echte doelwit zijn de geslaagde Marokkanen. Die wil hij graag weren uit de politiek, het bestuur en alle andere maatschappelijke posities. Hij gebruikt de problemen om hun kansen te vernietigen.
Dat ook andere partijen meegaan in Wilders’ verzoek voor het “Marokkanendebat” wekt geen verbazing. De VVD van Rutte is al lang een PVV- light. De SGP ziet kennelijk in de Marokkanen graag moslims die een toontje lager moeten zingen in religieus Nederland. Ik betreur het dat ook Henk Krol van 50+ Wilders’ verzoek om het debat formeel heeft gesteund. Maar ook een beschaafde politicus kan zich vergissen.
Zijn wij –Marokkaanse Nederlanders – bang voor een debat? Willen we liever wegkijken? Nee, want we kennen de problemen en werken graag samen met integere politici en anderen om oplossingen te vinden. Maar we walgen van de hypocrisie van sommige politici. Nooit hebben de problemen, die zijn veroorzaakt door autochtonen, geleid tot een “autochtonendebat” in de Tweede Kamer: de dodelijke oproer in Hoek van Holland, de vernielingen door hooligans in verschillende steden, de waanzinnige ordeproblemen en vernielingen in Haren, de bedreigingen aan het adres van de burgemeester van Urk, enzovoort. En terecht, immers problemen veroorzaakt door een minderheid mogen nooit leiden tot het stigmatiseren van een hele bevolking. Waarom dan wel een Marokkanendebat?
Het is triest om te zien dat er al jaren lang zoveel politici, deskundigen en journalisten over het elkaar struikelen op zoek naar de juiste analyse van de problemen van een deel van de Marokkaanse jeugd. Terwijl die analyse toch vrij eenvoudig is. Als je weet dat het kind van een arts een grote kans heeft om zelf arts te worden, dan weet je dat het ouderlijke en sociaal- economische milieu van cruciale invloed is op de carrière elk kind. Als we ons daarbij ook nog realiseren dat migratie tot ontworteling van mensen leidt, dan weten we dat migratie kansen maar ook risico’s in zich draagt. Net als een boom bij overplanting, zal de migrant bloeien indien de nieuwe grond vruchtbaar is en doodgaan indien de grond hard is.
Met andere woorden: interne en externe factoren verklaren de successen en de mislukkingen van kinderen van migranten. Een minderheid van de bomen heeft het helaas niet gehaald, zie de problemen en uitwassen bij sommige Marokkaanse jongeren. Veel problemen hadden voorkomen kunnen worden indien er tijdig gezorgd was voor een compensatie van het zwakke ouderlijk milieu. De oproep vanuit veel Marokkaanse ouders in Utrecht en andere steden om half- open of gesloten schoolinternaten te stichten voor kinderen die het nodig hadden, werd door de landelijke politiek bewust genegeerd. Men bouwde liever dure gevangenissen voor deze jeugd. Dat Wilders de islam overal met de haren bijtrekt, is bekend. Maar de islam heeft niets te maken met optreden van deze Marokkaanse jongeren. De jongeren die herrie schoppen, stelen, of een scheidsrechter mishandelen, komen echt niet uit de moskee. Velen onder hen zien nooit een moskee van binnen!
Zoals gezegd, Wilders koestert de Marokkaanse crimineeltjes want ze dienen zijn politieke doel. Echter, de grote dreiging voor hem zijn al die Marokkaanse talenten die in opkomst zijn. Niet hun integratie is zijn doel, maar hun vertrek. Hun productieve participatie in de samenleving doorkruist zijn agenda.
In elke maatschappelijke sector zijn de Marokkanen te vinden: kunst, cultuur, architectuur, sport, politiek, geneeskunde, farmacie, bankwezen, handel, literatuur, journalistiek, leger, advocatuur, horeca, film, toneel, muziek, cabaret, itc, mode, enzovoorts.
Sommige Marokkaanse schrijvers hanteren een niveau van Nederlandse taal die menige extreem- rechts politicus niet kan volgen zonder woordenboek erbij. Binnen één generatie hebben veel dochters en zoons van ongeschoolde gastarbeiders de weg gevonden naar universiteiten en hogescholen. Is dat geen “Marokkaanse wonder”?
Ondanks het geblaf en gescheld vanuit politiek extreem- rechts trekt de karavaan van de Marokkanen rustig verder. Er werd geprobeerd om Aboutaleb te stigmatiseren als een probleem: deloyaal vanwege zijn dubbele nationaliteit en onbetrouwbaar. Maar hij heeft zich bewezen als een uitstekende Nederlandse burgemeester. Ondanks de problemen bij sommige jongeren die door de Marokkaanse gemeenschap zelf noch door de omringende samenleving genegeerd mogen worden, zal Nederland straks veel plezier beleven aan Marokkaanse talenten.
Nederland is ons land en de toekomst van Nederland zal uiteraard ook Marokkaans zijn!