De titel allitereert als een huppelend lentekonijn, maar is de toegangsdeur naar een nare geschiedenis, die de toekomst letterlijk verziekt.

Een aantal weken geleden was ik op een studiedag over de Spaanse gifgasaanvallen op het noorden van Marokko (de Rif) in de jaren twintig van de vorige eeuw. In de Rif worden nog altijd baby’tjes worden geboren met fysieke afwijkingen die direct het gevolg zijn van het Duitse mosterdgas. Ook ligt het percentage kankergevallen in de Rif hoger dan in de rest van Marokko. De strijd tussen de Rif en Spanje is voorbij, maar het gifgas heeft zich een weg naar het DNA gebaand waar het zijn oorlogspest verder verspreidt.

De grootste groep Marokkaanse Nederlanders heeft de lichamelijke eigenschappen uit het Rifgebied geërfd. Ik was daarom ook niet verwonderd dat twee vrouwen, die niet op de hoogte waren van de Rifgifgasaanvallen, elkaar plechtig beloofden dat ze zich zo snel mogelijk laten onderwerpen aan een kankeronderzoek. Ik vroeg mij af of de Nederlandse geneeskunde mogelijkheden bezit het mosterdgas in het lijf op te sporen. En als het opgespoord is, kan er dan iets aan gedaan worden? En hoe zit het met de ziel?

De Marokkaans-Nederlandse tweede generatie, waarvan ik deel uitmaak, is de eerste die in een veilige omgeving opgroeit. Onze (voor)ouders komen uit de wereld van de Rifoorlog, hongersnoden, de acties van het bevrijdingsleger, verschillende putschen en volksopstanden, die alle mislukten en iedere keer de toorn van de dictator opwekten. Deze gebeurtenissen veranderden niet net als het gifgas het DNA, maar wel de ziel. En ik geloof dat niet alleen het lichaam verantwoordelijk is voor de erfelijke overdracht. De geest gaat ook over in nieuwgeborenen, beschadigd of niet.

Op diezelfde avond sprak ik een Riffijnse die binnenkort een psychotherapiepraktijk opent. Ik hoop dat ze zich verdiept in de tweedegeneratieziel. Want als dat het geval is, wil ik mij hierbij