De politieke participatie van vrouwen in de Arabische regio’ is een eenzijdige en uitsluitende titel van het evenement dat plaats zal vinden in Den Haag.
Een Haagse mensenrechten organisatie genaamd Arabisch Nederlandse Vrouwen Kring Organization, organiseert op 10 maart 2018, in het kader van de Internationale Vrouwendag een bijeenkomst. Tussen de vrouwelijke sprekers valt een mannelijke gastspreker op, Abdelwahab Balouki, de ambassadeur van Marokko in Nederland.
De mening van de heer Balouki met betrekking tot vrouwenrechten is niet relevant aangezien hij de vertegenwoordiger is van Mohamed VI in Nederland. Wat zeer belangrijk is, is hoe het gesteld is met de rechten van de mens in Marokko, in het bijzonder de vrouwenrechten aangezien dit evenement in het teken staat van de viering van de Internationale Vrouwendag.
Deze ambassadeur komt oorspronkelijk uit de regio Al Hoceima en spreekt vloeiend de taal van dit gebied (Tarifi). Recentelijk werd in Marokko een van de vrouwelijke activisten van de Rif-protestbeweging, Nawal Ben Aissa, tot een voorwaardelijke celstraf van 10 maanden veroordeeld. De schuld van deze moeder van vier kinderen is dat zij net als veel Riffijnse vrouwen de straat op ging om basisrechten te eisen van de staat aan wie zij belasting betaalt.
Een andere voorbeeld van vrouwonvriendelijk Marokko is de ontvoering van de jonge zangeres Silya Ziani vorig jaar door Marokkaanse agenten in burger. Zij werd door de Marokkaanse politie psychologisch mishandeld en werd zelfs met verkrachting bedreigd. Als gevolg hiervan kreeg zij een zenuwinzinking in de Marokkaanse Abou Ghraib oftewel Oukacha-gevangenis in Casablanca.
Zij werd onder het mom van gratie van Mohamed VI uit het detentiecentrum vrijgelaten, uit angst dat zij in de gevangenis sterft, ook omdat zij populair is in de Rif en daarbuiten. Bij alle demonstraties werd haar vrijlating geëist. Merkwaardig en onduidelijk is hoe het kan dat Mohamed VI, het staatshoofd die door de heer Balouki wordt vertegenwoordigd in Nederland een gewetensgevangene tijdens het voorarrest gratie kan verlenen, want Sylia werd noch veroordeelt noch schuldig bevonden aan iets strafbaars.
Terwijl de wereld de Internationale Vrouwendag viert, lijden de Riffijnse moeders, zusters, echtgenoten etc. van meer dan duizend gewetensgevangenen die verspreid zijn over veel gevangenissen in heel Marokko. Het Marokkaanse regime heeft deze gevangenen bewust overgeplaatst naar detentiecentra die ver weg liggen van hun families om ze mentaal te breken.
Bijna alle gewetensgevangenen van de Rif-Volksbeweging komen uit straatarme gezinnen, hun families kunnen bijvoorbeeld niet op bezoek gaan naar de gevangenis in Casablanca. De goedkoopste reismogelijkheid voor het traject Al Hoceima-Casablanca is met de bus van de maatschappij CTM. Een retourtje kost 400 Dirham (ongeveer 40 euro) en de heen- en terugreis duurt ongeveer 24 uur. Dat is slopend, vooral voor oudere en zieke vrouwen.
Een Marokkaanse mensenrechten organisatie heeft wel bussen beschikbaar gesteld voor de families van de gewetensgevangenen maar dat wordt door het regime gebruikt om bijvoorbeeld ruzies te creëren tussen de families door aan hun eerst te vertellen dat er genoeg plek is voor iedereen en op de dag zelf worden dan minder bussen ingezet en verteld dat er meer mensen zijn dan eerder is doorgeven.
Er zijn ook vrouwen die ziek zijn geworden door de manier hoe bij hun thuis werd ingevallen en hoe hun kinderen werden behandeld. Als voorbeeld de moeder van de woordvoerder van de Rif Protestbeweging Nasser Zafzafi, bij haar is kanker vastgesteld. Veel andere vrouwen lijden in stilte omdat ze niet bekend zijn, of ze mijden de publiciteit uit angst voor represailles van het regime.
Familie Attabi mocht niet in het openbaar spreken over de dood van hun kind die op 20 juni 2017 werd geraakt door een metalen object tegen zijn hoofd en stierf. Een getuige van deze gebeurtenis kreeg 12 jaar celstraf.
Zal de Marokkaanse ambassadeur op de bijeenkomst al deze misdaden ontkennen, negeren of misschien zelfs goedpraten?
Door: Adra Ghedu