De lezing die Cadi Kaddour, kort voor zijn dood, op uitnodiging van de culturele vereniging Amazigh, in Amsterdam heeft gehouden. Hier volgt de essentie van zijn laatste lezing in het Nederlands vertaald door Ahmed Essadki & Roel Otten, gepubliceerd in het gedichtenbundel Strijdkreet van de aarde, Ahmed Essadki (1997).
Tamazight behoort tot de Hamito- Semitische (of Afro-Aziatische) talen en is bezig een plaats te veroveren in de moderne wereld. Dat gaat niet zonder problemen: het Tamazight geldt in de Maghreb-landen niet als een taal maar als een dialect.
Een van de intellectuelen die zich voor de groei en de bloei van hun moedertaal inzetten is Kaddour Cadi (1952–1995). Deze geleerde kwam in 1995 om bij een tragisch auto-ongeval. In zijn korte leven heeft hij zich onvermoeibaar ingespannen, zonder enige zweem van kortzichtigheid of chauvinisme, laat staan fanatisme of separatisme. Dit bleek, behalve uit zijn wetenschappelijke publicaties, uit de lezing die hij, kort voor zijn dood, op uitnodiging van de culturele vereniging Amazigh, in Amsterdam heeft gehouden. Hier volgt de essentie van zijn laatste lezing in het Nederlands vertaald.
Lezing Cadi Kaddour
‘De Tamazight-taal leeft en heeft geen advocaat nodig: de Imazighen die ons hebben opgevoed verdienen meer dank en respect van ons dan degenen die zich de Tamazight-taal toe-eigenen! Zeker, we moeten onze taal niet vergeten, maar tegelijkertijd moeten we niet nalaten open te staan voor andere talen: wij kunnen ons in alle talen uitdrukken!
Tamazight is een Noord-Afrikaanse taal van respectabele ouderdom. In tegenstelling tot bijv. de taal van de farao’s, is het Tamazight tot op heden levend gebleven. In de afgelopen twee decennia is deze taal begonnen de marge van de geschiedenis te verlaten en zich te bewegen in de richting van het centrum. Naast de religie en de positie van de vrouw is het Tamazight een issue van belang geworden, en wel één die zwaar zal wegen op de Maghreb-landen, of wij dat nu wenselijk vinden of niet. Het Tamazight heeft zijn marginale positie verlaten en is een taal geworden. Hoe kunnen wij in de toekomst de positie van deze taal versterken?
Eerst wil ik het hebben over de vraag die in de kringen van Tamazight-sprekende intellectuelen en in publicaties op het gebied van de Amazigh-cultuur onophoudelijk gesteld wordt: ‘Waarom Tamazight?’ Naar mijn mening hebben wij deze vraag al achter ons, want zij is ingehaald door de geschiedenis, door de democratie, en door de politieke discussie in Marokko op het allerhoogste niveau — op 20 augustus 1994 sprak koning Hassan II over het belang van de Amazigh cultuur! En natuurlijk zijn daar de mensen zelf van wie het Tamazight de eerste taal is: de Imazighen, de rechtmatige bewoners van Afrika. Vervolgens wil ik ingaan op mijn eigen visie op het Tamazight. Ik ga deze taal benaderen vanuit drie invalshoeken.
1. Moderniteit
Sprekend over het Tamazight leg ik altijd de nadruk op de toekomst. We moeten vooruit en niet achterom denken. Dit geldt trouwens voor de hele situatie in de Maghreb-landen.
Wat we nu merken is dat het Tamazight nog in de oudheid leeft, buiten de moderniteit (hier verstaan we onder; het vermogen van de samenleving om technologische prestaties te leveren op de terreinen van productie, organisatie en communicatie). Deze niettegenstaande enkele vernieuwingen, zoals het schrijven van Tamazight, de verrichting van academische studies inzake deze taal, de uitgave van boeken en tijdschriften, en de politieke discussie over de integratie van het Tamazight in het Marokkaanse onderwijs. Wij, Marokkanen, leiden een dubbelleven: een leven in de oudheid en in de moderniteit, en de kloof daartussen moet overbrugd worden door de politiek: langs haar kunnen we het terrein van het nieuwe leven betreden. Maar om van de nieuwe technologie gebruik te kunnen maken, moeten wij de oudheid verdedigen. Dit geldt niet alleen voor het Tamazight, maar voor de hele situatie in Marokko, waar de politieke sfeer voor verbetering vatbaar is. Bij deze overgang van het oude naar het nieuwe leven maskeren de politieke discussies helaas de culturele aspecten. De nog problematische relatie tussen het oude en het moderne leven wil ik illustreren met het beeld van de Marokkaanse hoogwaardigheidsbekleder, die af en toe de Imazighen in het Atlasgebergte bezoekt. Hij draagt een smetteloos witte djellaba en een prachtige gele of witte tarbouch. Hij ontmoet zijn ‘broeders en zusters’ in een tent, hij spreekt met hen in het Tamazight, hij noemt hen nadrukkelijk ‘broeders en zusters’. Met zijn demagogie probeert hij hen aan zijn kant te krijgen. ’s Avonds vliegt hij met een helikopter terug naar Rabat, waar hij in een reusachtige villa huist, omringd door luxe goederen. Met de afstandsbediening in de hand kijkt hij naar wat zich in de wereld afspeelt. Denken jullie dat zo’n figuur het Tamazight wil of kan ontwikkelen?
2.Burgerschap
Burgerschap, het leven van een volk in een rechtvaardige maatschappij, is het resultaat van de elementaire vrijheden. Ook gezien vanuit het burgerschap heeft het Tamazight als taal het volste recht op een plaats in Marokko, aangezien dit land nu eenmaal twee talen heeft.
3.Burgermaatschappij
De burgermaatschappij is een spiegel waarin je jezelf kunt spiegelen, Vanuit dat perspectief kun je bezien hoe je verder moet in je toekomstige leven. Als we allen ontevreden zijn over de huidige situatie en boven het niveau van onderontwikkeling willen uitstijgen en als burgers beschouwd wensen te worden die participeren in het staatsbestel, dan dienen we de juiste vragen te stellen. De juiste vraag is dan niet ‘Waarom Tamazight?’ maar, ‘Hoe kunnen we het Tamazight tot ontwikkeling brengen? Wat moeten we doen om in Marokko een goed beleidsplan voor deze taal en cultuur te ontwikkelen?’ Sinds de onafhankelijkheid van Marokko is nog niet serieus aan deze vragen gewerkt!
Nu wil ik ingaan op de vraag hoe het komt dat het Tamazight zich in een moeilijke positie bevindt. Het is bekend dat Marokko een politiek van arabisering heeft gevoerd, waardoor het Tmazight werd gemarginaliseerd. Desalniettemin leeft deze taal nog steeds, omdat zij bij machte is zichzelf te verdedigen en omdat wij, de Imazighen, naar de berggebieden zijn uitgeweken. Het is duidelijk dat zowel in Nederland als in Marokko, onder zowel Arabisch- als Tamazight-sprekenden, voor- en tegenstanders van Tamazight worden aangetroffen. Er zijn Imazighen die onophoudelijk roepen: Nee, geen Tamazight!’ Wat dat betreft leven we in een tijd van uitdagingen. Begin jaren ’70 is in Marokko een culturele Tamazight beweging gegroeid, die zich schaarde naast andere bewegingen van het Marokkaanse volk dat naar zijn rechten op zoek is. Er kwamen verenigingen die het recht van de Tamazight-taal en -cultuur opeisten. Vernieuwingen die deze culturele Tamazight beweging heeft teweeggebracht zijn eerder door mij aangeduid. Daarmee zijn de Imazighen de geschiedenis binnengetreden, op zoek naar een plek, naar een naam in de historie.
Moderniteit, burgerschap en burgermaatschappij kunnen, zoals ik eerder aangegeven heb, het Tamazight steunen bij het overwinnen van obstakels die in de weg staan.
Tamazight is een van de kwesties die in de toekomst alle Marokkanen zal verenigen. De Marokkaanse geschiedenis heeft nu eenmaal twee poten: een Arabische en een Amazigh poot. Als we echt een nieuw leven wensen, dan moeten we het Tamazight zien in het kader van een nieuw leven voor heel Marokko. Het is heilloos het Tamazight te zoeken in het oude leven, waaraan naast positieve kanten evenveel negatieve kanten zitten. We wachten nog steeds op de integratie van het Tamazight in het Marokkaanse onderwijs. De befaamde rede van de koning op 20 augustus 1994 bracht op dit punt iets geheel nieuws, maar de juiste interpretatie van deze politieke uitspraak is niet duidelijk. In feite leeft het Tamazight nog steeds in onderdrukking. Van politieke uitspraken zal het moeten komen tot concrete stappen om deze taal in het Marokkaanse openbare leven te integreren: op scholen, universiteiten, radio, tv, enzovoorts. Vooralsnog lijken we nog steeds te verkeren in het stadium van de oude manier van het omgaan met het Tamazight: het gebruik van het Tamazight als politiek spel. Moet het Tamazight niet deel uitmaken van de analyse van de Marokkaanse maatschappij als geheel? Moeten we niet de noodzakelijke stap nemen om de Amazigh kant van Marokko te versterken, teneinde een ware Marokkaanse identiteit op te bouwen? Immers, een ingezeten van Marokko kan pas Marokkaan worden als hij/zij twee talen kan spreken: Tamazight en Arabisch. Deze twee talen hebben elkaar in dat land ontmoet en door de geschiedenis heen zijn zij tegen elkaar gebotst, maar hebben zij ook het nodige uitgewisseld.
In 1991 belegden de organisaties van Tamazight-taal en -cultuur in Marokko een breed opgezette bijeenkomst. Kernpunt van de discussie: de integratie van de Tamazight-taal in overheidsinstellingen, inclusief de onderwijsinstellingen van basisschool tot en met universiteit. Deze bijeenkomst bracht het zogenaamde handvest van Agadir (‘Charte d’Agadir’) voort. Dit handvest is een duidelijke weerspiegeling van hoe mensen in Marokko tegen het Tamazight aankijken. Het Marokkaanse volk is zich welbewust van de noodzaak van Tamazight-taal en -cultuur. Terecht wordt het recht van het Tamazight niet los gezien van de wijzigingen van de algehele situatie in Marokko; met name wordt Tamazight gekoppeld aan democratie en het leven in een burgermaatschappij. De nationale eenheid is immers inmiddels gerealiseerd en er is geen plaats meer voor oude praatjes, zoals de Dahir Berbere (‘berber decreet’, een koloniale wet uit 1930 die het Berberse gewoonterecht bevoordeelde ten kostte van de islamitische wet; tegenstanders van het Tamazight verwijzen graag naar deze kwalijke wet). Ik wijs erop dat, in tegenstelling tot wat de benaming suggereert, het geenszins Imazighen geweest zijn die deze wet in het leven hebben geroepen. Integendeel, zij hebben Frankrijk bevochten en de intrekking van deze Dahir geëist. Laten wij, als Marokkaanse politici en intellectuelen, elkaar geen onzin verkopen, maar laten wij nagaan hoe wij allen Marokkanen kunnen worden! Zeer hoopgevend en stimulerend is dat heden ten dage in Tamazight geschreven wordt. Universiteiten, culturele organisaties en ook diverse individuen publiceren tijdschriften en boeken. We mogen hier spreken van een belangrijke ontwikkeling in de geschiedenis van de Tamazight-taal en -cultuur. De Imazighen zijn zich ervan bewust geworden dat het schrijven voor hun taal een levensvoorwaarde is. Zij weten maar al te goed dat de talen die een sterke positie hebben geschreven talen zijn. Zij zien in waarom de andere taal van Marokko zich in een betere positie bevindt. Naast deze toenemende belangstelling van Imazighen voor het schrijven van hun taal, zien we ook dat in landen waar Imazighen wonen de ene na de andere organisatie voor Amazigh-cultuur in het leven wordt geroepen. Zij vormen naar mijn mening de enige weg die naar de burgermaatschappij kan leiden, in Marokko en de rest van Noord-Afrika. Zij zijn het die bij machte zijn om de identiteit van het Marokkaanse volk een ander gezicht te geven. Zij zijn immers gericht op contacten tussen mensen, op het uitwisselen van vragen en het gezamenlijk zoeken naar oplossingen. Ik denk dat deze organisaties van Tamazight-taal en -cultuur de beste kaders zijn waarin het Tamazight zich kan ontplooien. In deze moeten we niet op politici rekenen. Voor alle politieke partijen in Marokko geldt dat er een kloof gaapt tussen politiek en cultuur. De culturele organisaties streven naar de opbouw van de burgermaatschappij, terwijl de politieke partijen alleen op politieke macht uit zijn. Zoals eerder gezegd, bracht de bijeenkomst van organisaties van Amazigh-cultuur het ‘handvest van Agadir’ voort. Dit handvest behelsde de volgende reeks eisen:
1. De opname van het Tamazight in de grondwet als nationale taal op gelijke voet met de Arabische taal.
2. De instelling van een academisch instituut voor wetenschappelijk onderzoek op het gebied van Tamazight-taal en -cultuur.
3. De integratie van het Tamazight in het onderwijs, van basisschool tot en met universiteit.
4. De financiering van universitaire projecten en onderzoeken betreffende het Tamazight.
5. De integratie van het Tamazight in radio- en tv-uitzendingen.
Het laatste is gebeurd: Tamazight heeft een plaats gekregen op de televisie, maar wat voor plaats! Tamazight kreeg, onder de titel ‘nieuws in de dialecten’, twaalf minuten zendtijd, dat is zegge en schrijven vier minuten per regio. Vier minuten na 35 jaar marginalisatie (sinds de onafhankelijkheid)! Kennelijk heeft men de minimale vrede willen realiseren, in plaats van een maatschappelijke vrede. Bovendien gaat het hier niet om een geschenk uit liefdadigheid: organisaties van Tamazight-taal en -cultuur hebben er vanaf het begin jaren ’70 voor moeten strijden!