Ik ben een Nederlander. Ik ben trots op mijn Marokkaanse bloed. Ik ben een moslim en ik sta hier met een fucking Gouden Kalf in mijn hand.’
Het zijn op zichzelf ontroerende woorden die acteur Nasrdin Dchar geëmotioneerd uitsprak, afgelopen week in Utrecht, toen hij tot beste Nederlandse acteur werd uitgeroepen. Woorden die als cement hadden kunnen fungeren om een paar losgeraakte stenen van ons bouwsel weer aan elkaar te koppelen. Maar curieus is wel dat nu, bijna een week na dato, de woorden van Nasrdin juist als een splijtzwam lijken te werken.
Voor links is de acteur een held die de gehate regering in haar hemd heeft gezet. Voor rechts daarentegen is Nasrdin Dchar een exponent van de politieke correctheid die zich in slachtofferschap wentelt. Beide stellingen zijn onjuist, maar leiden wel tot heftige reacties en polarisatie. Het komt door andere woorden die ook door Nasrdin in de mond werden genomen vrijdagavond. Zo had de vers bekroonde acteur het over een Nederlandse samenleving die ‘door angst werd geïnjecteerd’ en hij noemde daarbij ook de namen van minister Verhagen en van Wilders.
Door linkse publicisten werd hij onmiddellijk op het schild gehesen, alsof hij in zijn eentje de regering ten val zou kunnen brengen. Begrijpelijk: diezelfde scribenten waarschuwden een jaar geleden voor de komst van ‘Bruin I’, en zie hoe na een jaar de ploeg van Mark Rutte stevig en sereen in het zadel zit. Erger: op cruciale momenten wordt dit zogenaamde kabinet-Bruin I door de grootste linkse oppositiepartij in het zadel gehouden. Frustraties alom.
Hoewel ik niet aan de goede bedoelingen van de sympathieke Nasrdin Dchar twijfel, moet ik toch constateren dat hij onhandig heeft geopereerd. Hij had beter kunnen benadrukken wat hij later in talkshows vertelde. Dat hij ondanks zijn Marokkaanse afkomst nooit bang is geweest om zijn doel in het leven niet te realiseren.
Vanaf de basisschool tot aan zijn studie bedrijfseconomie kreeg hij zoals ieder ander kansen en hij heeft ze gedecideerd aangegrepen. Hij had zich in Utrecht met zijn dankwoord ook tot jonge Marokkanen kunnen richten. Hij had hun kunnen vertellen dat je in dit land, als Nederlandse Marokkaan, net zo goed burgemeester, Kamerlid, staatssecretaris, succesvolle schrijver, zanger of acteur kunt worden. En daarbij ook nog een Gouden Kalf kunt winnen.
Maar in plaats van olie op de golven te gooien, deed hij dat op een smeulend vuurtje. Tegenover een applaudisserende filmwereld die toch zou moeten weten dat er in dit land nog nooit een Marokkaanse filmregisseur door een autochtone terrorist is vermoord.
Hij had door zijn verschijning de angsten kunnen proberen weg te nemen van allen die in hun buurt worden getreiterd of uit hun wijk worden gepest. Hij is immer het levende bewijs dat het totaal anders kan. Maar nee, Nasrdin Dchar koos ervoor om Verhagen en Wilders erbij te betrekken. Jammer.