Door: Fouad el Haji

Ik zit al een tijdje op een terras in Alhoceima. Ik geniet van mijn lang glas mint thee, de zwoele zeelucht en van het magnifieke zicht op de baai. Mijn afspraak laat al geruime tijd op zich wachten, maar dat hindert niet onder deze omstandigheden. Ik doe nog even mijn ogen dicht en droom weg.

Mijn gedachten dwalen af naar een bruiloftsfeest waar ik afgelopen nacht samen met vriend Imam Ali ben geweest. Imam Ali slaat nooit een feestje over, ook al moet hij uren in het donker erheen lopen en dat is precies wat we deden. Hij heeft me overgehaald om mee te gaan omdat er volgens hem iets stond te gebeuren, al wist hij zelf ook niet precies wat. Halverwege onze tocht door berg en dal kregen we gezelschap van een groepje jongens dat ook onderweg was naar hetzelfde feest. Een van de jongens vertelde kapot te zijn door deze bruiloft omdat de bruid juist hem eeuwige trouw had beloofd.

Bij het feest aangekomen, bleek het geroddel al in volle gang. De zadelmaker heeft zijn dochter inderdaad uitgehuwelijkt aan een andere jongen dan de jongen met wie zijn dochter liever had willen trouwen omdat die andere jongen ouders had met betere komaf, terwijl de liefde van zijn dochter arme ouders van eenvoudige komaf had en zelf ook geen vak beheerste, hetgeen wel vaker gebeurt en eigenlijk een privézaak is tussen de beide families. Ons ging het enkel om het feest, de dans, de liederen, de sfeer en natuurlijk, om de mooie meisjes die op het opzwepende Riffijnse ritme dansten alsof hun laatste avond was geslagen.

Al snel kwam een kwartet meisjes zingend de vloer op. De bruid stond er ook tussen. Aan haar stem te horen had ze er duidelijk zin in. Ze zong teksten als: `Hij heeft me gekregen. Hij is het waard. Als dit mijn lot is, dan is het lot het ware feest voor deze bruid.’

De teksten waren evenwel tegen het zere been van haar liefde met wie ze al twee jaar trouwplannen maakte. Hij zat vlak achter mij, zuigend aan zijn hasjpijp en treurend achter de capuchon van zijn djellab. Hij durfde niets te zeggen. Je merkte wel dat het onrustig werd in de groep van zijn kamp. Zij vonden de woorden van de bruid volkomen respectloos. De jongen deed nu zijn capuchon af. De bruid zag hem nu wel duidelijk in het publiek zitten. Even leek het of ze van haar stuk was gebracht. De tranen die over zijn wangen vloeiden waren nu voor iedereen zichtbaar. De bruid verliet nu met haar kwartet de vloer. Het tumult bij de feestgangers duurde voort.

Even later verscheen de bruid met haar gezelschap weer op de vloer en begon te zingen: `Zeg dat mijn liefje, is dit nu ons lot? Zeg tegen mijn liefje, met jou had ik ook op water en brood willen leven. Zeg tegen mijn liefje, zoals hij daar zit, alles is draaglijker dan een moment als dit.’
De jongen was nu naast mij komen zitten. Hij had het duidelijk te kwaad. Hij wilde niets drinken, niets eten, maar wilde duidelijk iets tegen het publiek zeggen. Hij zei:
`Jongens, wat heb ik misdaan? Ik hou van haar. Ik werk voor de kost, al verdien ik niet veel. Ik ben een arme jongen, maar dat weet zij al langer. Ik kan mijn geliefde heel goed onderhouden. Wat die ander kan, kan ik ook en misschien wel meer dan dat.’ Hij huilde nu hard en iedereen om hem heen liet nu de tranen de vrije loop.

Intussen zong de bruid: , Zeg tegen mijn liefje, het spijt me wel. Zeg tegen mijn liefje, zul je mij ooit vergeven, jij bent de liefde van mijn leven.’ Zij barstte weer in tranen uit en rende naar binnen.
Nu werd het kamp van de bruidegom nijdig en riep het de vader van de bruid ter verantwoording. De bruid moet haar loyaliteit aan de familie van de bruidegom tonen en anders gebeuren er ongelukken. De vader beloofde dat hij de rust op het feest zou herstellen en dat hij zou zorgen dat de bruid de schoonfamilie met meer respect zou toezingen.
Niet veel langer daarna stond de bruid met haar kwartet weer op de vloer te zingen. Nu met het door haar vader beloofde respect aan de schoonfamilie. Daarmee had ze het nu bij beide kampen verbruid. Eerst werd er met stukken houtskool heen en weer gegooid. Daarna werden tamboerijnen naar de dansvloer gegooid, maar al gauw werden emmers en zelfs hele stukken cactus naar elkaar gegooid. Wij maakten dat we wegkwamen en een bitterzoete ervaring was ons deel.